Wanneer je te maken hebt (gehad) met één of twee narcistische ouders, is de kans dat je in een rouwperiode beland erg groot.
Het gevoel van rouw kan op verschillende momenten ontstaan; wanneer je nog in contact staat met je narcistische ouder, wanneer het contact is verbroken of wanneer jouw narcistische ouder komt te overlijden. Deze rouwperiode heeft te maken met een ouder die je graag had gewild, maar nooit hebt gehad.
Confrontatie met jezelf
Normaliter heeft een rouw periode te maken na het verlies van een dierbare en onvoorwaardelijk liefde. In het geval van een (volwassen) kind van een narcistische ouder, heeft het kind nooit de liefde, bescherming en genegenheid gekend die belangrijk is voor een stabiele ontwikkeling. Dit kan zich uiten in een confrontatie met jezelf en jouw verleden.
Ontwikkeling PTSS
Zelf na het verbreken van contact of het overlijden van jouw narcistische ouder is het mogelijk dat je met je narcistische ouder wordt geconfronteerd. Dit ontstaat doordat jij jouw verleden niet hebt afgesloten, jouw trauma’s niet hebt verwerkt of jouw gevoelens niet hebt kunnen uitspreken richting je narcistische ouder.
Deze gedachtes kunnen jarenlang aanhouden, waardoor je zelfs lang na het verbreken van het contact of het overlijden van je narcistische ouder nog met je verleden en situatie geconfronteerd wordt.
Stockholmsyndroom
Er kan zelfs sprake zijn van gemist van de narcistische ouder die jou je leven lang mentaal of zelfs fysiek heeft mishandeld. Dit wordt het Stockholmsyndroom genoemd. Je hebt een bepaald gevoel van liefde, genegenheid en sympathie voor je narcistische ouder.
Bij jonge kinderen is er vaak sprake onvoorwaardelijk liefde voor de narcistische ouder, maar wanneer deze gevoelens doorzetten tijdens de volwassenheid, heeft dit te maken met het overlevingsmechanisme, om een trauma te verwerken en stabiel te blijven. Dit kan een zware impact hebben wanneer er geen contact meer is met de narcistische ouder en je hierdoor geconfronteerd wordt met de daadwerkelijke situatie.